Twee vrienden fleurden elkaar op
door woordelijk problemen te delen
Het gesprek stokte
een grijze dame kwam voorbij
Met in de hand
een emmer met kleurige bloemen
"Deze zijn op
de winterviooltjes worden gepot"
"Gele, witte en paarse"
Na het praatje
merkte één der vrienden op
"Hoe kon zij de kleuren weten?"
" Ze is slechtziend"
Een witte stok met twee rode banden
had zij in haar andere hand
die hadden zij niet gezien...
-------
De vriendin met wie ik
dit voorval beleefde
heb ik gevraagd
ook een gedicht hierover te schrijven:
------
door woordelijk problemen te delen
Het gesprek stokte
een grijze dame kwam voorbij
Met in de hand
een emmer met kleurige bloemen
"Deze zijn op
de winterviooltjes worden gepot"
"Gele, witte en paarse"
Na het praatje
merkte één der vrienden op
"Hoe kon zij de kleuren weten?"
" Ze is slechtziend"
Een witte stok met twee rode banden
had zij in haar andere hand
die hadden zij niet gezien...
-------
De vriendin met wie ik
dit voorval beleefde
heb ik gevraagd
ook een gedicht hierover te schrijven:
------
Bloemenvrouwtje
Zittend tussen het gekakel.
Soms zelfs geblaat.
Wachtte ik op mijn bloem.
Met knipoog weliswaar.
Soms zelfs geblaat.
Wachtte ik op mijn bloem.
Met knipoog weliswaar.
Midden in een goed gesprek,
Geen ruiker meer verwacht.
Maar tot mijn verbazing plotseling emmers vol.
Het bloemenvrouwtje kwam voorbij.
Geen ruiker meer verwacht.
Maar tot mijn verbazing plotseling emmers vol.
Het bloemenvrouwtje kwam voorbij.
Dat waren al oude zei ze.
Maar nog volop in kleur.
Het tekende haarzelf.
Mooi en nog steeds in bloei.
Maar nog volop in kleur.
Het tekende haarzelf.
Mooi en nog steeds in bloei.
Amanda van V.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten